Rijkwaterstaat blikt terug op druk handhavingsjaar vaarwegen

Rijkswaterstaat handhaaft wet- en regelgeving voor de scheepvaart op de rijksvaarwegen. Doel is het bevorderen van de veiligheid op het water, zodat het voor alle vaarweggebruikers prettig, veilig en vlot varen is.

Ook draagt Rijkswaterstaat hiermee bij aan een schoon watermilieu. In 2015 werden op de drie speerpunten vaar- en rusttijden, scheepsafvalstoffen en recreatievaart bijna 3500 controles uitgevoerd.

Mobiel verkeersleider als BOA
De 100 mobiel verkeersleiders van Rijkswaterstaat zijn een bekende verschijning op de rijksvaarwegen: de grote rivieren, kanalen en meren. Met 33 geel-zwarte patrouillevaartuigen en 10 snelle Rhibs (interventievaartuigen) inspecteren zij onder andere de toestand van vaarwegen, de verlichting en bebording, zorgen voor verkeersbegeleiding bij bijzondere omstandigheden als evenementen en komen te hulp bij incidenten op het water. Als bijzonder opsporingsambtenaar (BOA) hebben zij daarnaast een belangrijke taak als handhaver van de wet- en regelgeving op het water.

Speerpunten handhaving
In 2015 hebben de mobiel verkeersleiders bij de handhaving extra gecontroleerd op drie speerpunten. Vaar- en rusttijden en bemanningssterkte, afvalstoffen binnenvaart en recreatievaart. Meer hierover vindt u in de infographic Handhaving scheepvaart 2015 (PDF, 1,25 MB).

Voldoende bemanning en voldoende rust
Het eerste speerpunt, gericht op de beroepsvaart, betreft de vaar- en rusttijden en bemanningsterkte. Rijkswaterstaat controleert met behulp van het vaartijdenboek op het juiste aantal (gekwalificeerde) bemanningsleden aan boord en op voldoende rusttijd. Vermoeidheid of te weinig bemanning zorgen voor veiligheidsrisico’s, niet alleen voor het eigen schip maar ook voor de medevaarweggebruikers. In het Arbeidstijdenbesluit vervoer (Atb-v) hoofdstuk 5 en 6 en Binnenvaartregeling (Bvr) en reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (Rsp) zijn de regels na te lezen.

Schoon vaarwater
Ook werd bij de beroepsvaart gelet op de regels rondom scheepsafvalstoffen. Zo controleerde Rijkswaterstaat op de juiste afvoer van afval van de lading, ladingrestanten en waswater. Met het handhaven op de relatief nieuwe regels voor scheepsafvalstoffen wil Rijkswaterstaat vervuiling van de oppervlaktewateren door binnenvaartschepen voorkomen. De regels zijn terug te vinden in het Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart en de Binnenvaartwet (artikel 39a t/m i).

Zo houden we recreatief varen leuk
Het laatste speerpunt voor handhaving in 2015 was gericht op de recreatievaart op de rijksvaarwegen. De mobiel verkeersleiders grepen onder andere in bij gevaarlijk vaargedrag, varen op verkeerde plaats op de vaarweg (hinder voor beroepsvaart en het gevaar in hun dode hoek te komen) en het ontbreken van rondom zicht. Met handhaving en voorlichting gericht op deze doelgroep wil Rijkswaterstaat ongelukken zoals aanvaringen voorkomen en het vaarplezier verhogen. Bij handhaving op recreatievaart gaat het om het op ‘heterdaad’ constateren van overtredingen op basis van onder andere het Rijnvaartpolitiereglement (RPR) en Binnenvaartpolitiereglement (BPR) hoofdstukken 1, 6, 8 en 9.

Waarschuwen of boete?
Als er duidelijk sprake is van onbekendheid met de regels, licht de mobiel verkeersleider de schipper voor of geeft deze een officiële waarschuwing. Bij grote overtredingen of herhaling riskeren de schippers een boete of -bij een overtreding van de vaar- en rusttijden- een verplichting de arbeid te staken.

Samenwerking
Rijkswaterstaat werkt t.b.v. handhaving op de vaarwegen samen met Inspectie Leefbaarheid en Transport, Politie, Openbaar Ministerie, Havenbedrijf Rotterdam, Havenbedrijf Amsterdam, Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, Douane en de Marechaussee. De handhavingsspeerpunten worden jaarlijks door deze partijen gezamenlijk vastgesteld.

Bron:Rijkswaterstaat

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.